Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Mode:
  2. Wiktionary:
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. mode:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Mode (Duits) in het Zweeds

Mode:

Mode [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Mode (Trend; Tendenz; Neigung)
    sätt; vis; mode
    • sätt [-ett] zelfstandig naamwoord
    • vis [-ett] zelfstandig naamwoord
    • mode [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Mode:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mode Mode; Neigung; Tendenz; Trend
sätt Mode; Neigung; Tendenz; Trend Art; Methode
vis Mode; Neigung; Tendenz; Trend

Wiktionary: Mode

Mode
noun
  1. Technik: der Zustand eines Systems
  2. allgemein: ein Lebensstil, der von einem Großteil der Mitmenschen in einem eng abgegrenzten Zeitraum als vorbildlich, schick oder „in“ empfunden wird
  3. Kleidung, Frisur: eine Art sich zu kleiden oder sich zu frisieren, die von einem Großteil der Mitmenschen in einem eng abgegrenzten Zeitraum als vorbildlich, schick oder „in“ empfunden wird

Cross Translation:
FromToVia
Mode mode fashion — current (constantly changing) trend, favored for frivolous rather than practical, logical, or intellectual reasons
Mode mode fashion — popular trends
Mode mode vogue — the prevailing fashion or style

Verwante vertalingen van Mode



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor Mode (Zweeds) in het Duits

mode:

mode [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. mode (sätt; vis)
    die Mode; der Trend; die Tendenz; die Neigung
    • Mode [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Trend [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Tendenz [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Neigung [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mode:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Mode mode; sätt; vis
Neigung mode; sätt; vis benägenhet; beskaffenhet; bocka; böjelse; fallenhet; håg; inklination; läggning; natur; niga; preferens; sinnelag; smak; snedställning; tendens; trend; tycke; val
Tendenz mode; sätt; vis andemening; avsikt; benägenhet; beskaffenhet; betydelse; böjelse; håg; innebörd; innehåll; läggning; mening; natur; sinnelag; tendens; trend
Trend mode; sätt; vis benägenhet; böjelse; håg; tendens; trend

Synoniemen voor "mode":


Wiktionary: mode

mode
noun
  1. allgemein: ein Lebensstil, der von einem Großteil der Mitmenschen in einem eng abgegrenzten Zeitraum als vorbildlich, schick oder „in“ empfunden wird
  2. Kleidung, Frisur: eine Art sich zu kleiden oder sich zu frisieren, die von einem Großteil der Mitmenschen in einem eng abgegrenzten Zeitraum als vorbildlich, schick oder „in“ empfunden wird

Cross Translation:
FromToVia
mode Mode fashion — popular trends
mode Mode fashion — current (constantly changing) trend, favored for frivolous rather than practical, logical, or intellectual reasons
mode Mode vogue — the prevailing fashion or style

Verwante vertalingen van Mode