Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Machenschaft:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Machenschaft (Duits) in het Zweeds

Machenschaft:

Machenschaft [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Machenschaft (Intrigieren; Klompottieren; Intrige)
    intrigera

Vertaal Matrix voor Machenschaft:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
intrigera Intrige; Intrigieren; Klompottieren; Machenschaft
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
intrigera intrigieren

Synoniemen voor "Machenschaft":


Wiktionary: Machenschaft

Machenschaft
noun
  1. meist Plural, abwertend: geheime und fragwürdige Abmachung, Intrige