Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Erscheinung

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Erscheinung

Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Erscheinung:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Erscheinung (Duits) in het Zweeds

Erscheinung:

Erscheinung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Erscheinung (Aussehen; Ansicht; Äußere; )
    framträdande
  2. die Erscheinung (Erscheinen)
    framträda
  3. die Erscheinung (Erscheinungsform; Erscheinungsbild; Erscheinen)
    framträdande; uppträdande; ankomst; inträde
  4. die Erscheinung (Phänomen; Symptom; Anzeichen)
    fenomen
    • fenomen [-ett] zelfstandig naamwoord
  5. die Erscheinung (Figur; Gestalt; Wuchs; Erscheinen; Statur)
    statyr
    • statyr zelfstandig naamwoord
  6. die Erscheinung (Allüren; Statur; Ansicht; Aussehen; Erscheinungsform)
    stil; elegans; klass
    • stil [-en] zelfstandig naamwoord
    • elegans [-en] zelfstandig naamwoord
    • klass [-en] zelfstandig naamwoord
  7. die Erscheinung (Statur; Figur; Erscheinungsform; Form; Erscheinen)
    figur; silhouette
  8. die Erscheinung (Figur; Wuchs; Gestalt; Statur; Positur)
    form; gestalt; skapnad
    • form [-en] zelfstandig naamwoord
    • gestalt [-en] zelfstandig naamwoord
    • skapnad zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Erscheinung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ankomst Erscheinen; Erscheinung; Erscheinungsbild; Erscheinungsform Advent; Anfang; Ankunft; Antreten; Antritt; Eindringen; Einkommen; Einnahme; Eintreffen; Eintreten; Eintritt; Einzug; Einzüge; Kommen; Steigerung
elegans Allüren; Ansicht; Aussehen; Erscheinung; Erscheinungsform; Statur Eleganz; Feinheit; Finesse; Grazie; Raffinement; Schick; Zierlichkeit
fenomen Anzeichen; Erscheinung; Phänomen; Symptom
figur Erscheinen; Erscheinung; Erscheinungsform; Figur; Form; Statur Figur; Form; Gebilde; Geist; Gestalt; Grabfigur; Grundgesetz; Konstituierung; Konstitution; Körperbau; Körperbeschaffentheit; Leibesbeschaffenheit; Person; Statur; Verfassung; Wesen
form Erscheinung; Figur; Gestalt; Positur; Statur; Wuchs Bedingung; Beschaffenheit; Bildung; Figur; Form; Gebilde; Geist; Gestalt; Gestaltung; Gießform; Gußform; Kondition; Shape; Statur; Verfassung; in Form sein
framträda Erscheinen; Erscheinung
framträdande Ansicht; Aussehen; Erscheinen; Erscheinung; Erscheinungsbild; Erscheinungsform; Gestalt; Statur; Äußere Anblick; Ansicht; Steigerung; Zudringlichkeit
gestalt Erscheinung; Figur; Gestalt; Positur; Statur; Wuchs Figur; Form; Gebilde; Geist; Gestalt; Statur
inträde Erscheinen; Erscheinung; Erscheinungsbild; Erscheinungsform Anfang; Ankunft; Antreten; Antritt; Bewilligung; Eindringen; Einfahrt; Einkommen; Einnahme; Eintreffen; Eintreten; Eintritt; Einzug; Einzüge; Genehmigung; Kommen; Steigerung; Zulassung; Zutritte
klass Allüren; Ansicht; Aussehen; Erscheinung; Erscheinungsform; Statur Gattung; Gesellschaftsschicht; Kategorie; Klasse; Klassenlokal; Klassenzimmer; Objektklasse; Schicht; Schulraum; Schulzimmer; Sorte; Stand; Unterrrichtsraum
silhouette Erscheinen; Erscheinung; Erscheinungsform; Figur; Form; Statur Schattenbild; Silhouette
skapnad Erscheinung; Figur; Gestalt; Positur; Statur; Wuchs Figur; Form; Gebilde; Geist; Gestalt; Statur
statyr Erscheinen; Erscheinung; Figur; Gestalt; Statur; Wuchs
stil Allüren; Ansicht; Aussehen; Erscheinung; Erscheinungsform; Statur Art; Gattung; Sorte; Spürsinn; Typ
uppträdande Erscheinen; Erscheinung; Erscheinungsbild; Erscheinungsform Arbeitsleistung; Ausübung; Glanzleistung; Großtat; Kunststück; Leistung; Steigerung; Verrichtung; Vollziehung
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
framträda anschwellen; aufgehen; eintreten; enstehen; entkeimen; entspringen; entstehen; erstehen; gelangen; hervorbrechen; schwellen; sich erheben; sicherheben; sichtbar werden; steigen; wachsen; werden; zu vorschein kommen
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
fenomen Wunder
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
framträdande einflußreich; maßgebend
uppträdande ausführbar; durchführbar

Synoniemen voor "Erscheinung":


Wiktionary: Erscheinung

Erscheinung
noun
  1. scheinbares Auftreten von etwas Unwirklichem
  2. Auftritt/Wirkung einer Person
  3. eine plötzliche Veränderung, die mit den menschlichen Sinnen wahrgenommen wird
Cross Translation:
FromToVia
• Erscheinung → spöke; spökbild; fantom; vålnad; ande; gast; själ; draug; skugga; dubbelgångare; gengångare; hamn ↔ ghost — spirit appearing after death
• Erscheinung → skepnad ↔ guise — appearance in manner or dress
• Erscheinung → manifestation ↔ manifestation — the act or process of becoming manifest
• Erscheinung → anseende; anblick; vy ↔ air — mélange gazeux constituer l’atmosphère.
• Erscheinung → hastighet; tempo; anblick; anseende; vy ↔ allure — façon d’aller, de marcher.







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0564 seconde
Page rendered in 1.0 seconds