Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Eindringling

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Eindringling

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Eindringling:
- inkräktare; inbrottstjuv; fasadklättrare; infiltrant; inbrytare
Wiktionary:
- Eindringling → inkräktare

Duits

Uitgebreide vertaling voor Eindringling (Duits) in het Zweeds

Eindringling:

Eindringling [der ~] zelfstandig naamwoord

der Eindringling (Fremdkörper; Einbrecher; Einschleicher; Infiltrant; Zudringling)
inkräktare; inbrottstjuv
- inkräktare [-en] zelfstandig naamwoord
- inbrottstjuv [-en] zelfstandig naamwoord
der Eindringling (Einbrecher; Fassadenkletterer; Dieb; Einschleicher)
fasadklättrare; inbrottstjuv; inkräktare
- fasadklättrare zelfstandig naamwoord
- inbrottstjuv [-en] zelfstandig naamwoord
- inkräktare [-en] zelfstandig naamwoord
der Eindringling (Infiltrant; Fremdkörper; Zudringling; Einbrecher; Einschleicher)
infiltrant; inbrytare
- infiltrant zelfstandig naamwoord
- inbrytare zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Eindringling:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
fasadklättrare	Dieb; Einbrecher; Eindringling; Einschleicher; Fassadenkletterer	Einsteigedieb
inbrottstjuv	Dieb; Einbrecher; Eindringling; Einschleicher; Fassadenkletterer; Fremdkörper; Infiltrant; Zudringling	Einsteigedieb
inbrytare	Einbrecher; Eindringling; Einschleicher; Fremdkörper; Infiltrant; Zudringling
infiltrant	Einbrecher; Eindringling; Einschleicher; Fremdkörper; Infiltrant; Zudringling
inkräktare	Dieb; Einbrecher; Eindringling; Einschleicher; Fassadenkletterer; Fremdkörper; Infiltrant; Zudringling	Infiltrantin; Usurpator

Synoniemen voor "Eindringling":

Aggressor; Angreifer; Attackierender; Charakter; Einzelwesen; Individuum; Mensch; Person; Persönlichkeit; Subjekt; Typ

Wiktionary: Eindringling

Eindringling

noun

jemand, der sich unerlaubt/unerwünscht Zutritt verschafft hat/verschaffen
- Eindringling → inkräktare