Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. zersetzen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor zersetzen (Duits) in het Zweeds

zersetzen:

zersetzen werkwoord

  1. zersetzen (auflösen; trennen; auseinanderfallen; )
    kollapsa; smulas sönder; upplösas; desintegrera
    • kollapsa werkwoord (kollapsar, kollapsade, kollapsat)
    • smulas sönder werkwoord (smulas sönder, smulades sönder, smulats sönder)
    • upplösas werkwoord (upplösar, upplösade, upplösat)
    • desintegrera werkwoord (desintegrerar, desintegrerade, desintegrerat)

Vertaal Matrix voor zersetzen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kollapsa Einstürzen; Hinfallen; Niederfallen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
desintegrera auflösen; aufteilen; auseinanderfallen; herauslösen; lösen; spalten; trennen; zerfallen; zerlegen; zersetzen
kollapsa auflösen; aufteilen; auseinanderfallen; herauslösen; lösen; spalten; trennen; zerfallen; zerlegen; zersetzen einsacken; einsinken; einstürzen; erliegen; herunterstürzen; hinunterstürzen; unterliegen; versinken; zu Grunde gehen; zusammenbrechen; zusammenfallen; zusammensinken; zusammenstürzen
smulas sönder auflösen; aufteilen; auseinanderfallen; herauslösen; lösen; spalten; trennen; zerfallen; zerlegen; zersetzen
upplösas auflösen; aufteilen; auseinanderfallen; herauslösen; lösen; spalten; trennen; zerfallen; zerlegen; zersetzen

Synoniemen voor "zersetzen":


Computer vertaling door derden: