Duits
Uitgebreide vertaling voor zänkisch (Duits) in het Zweeds
zänkisch:
-
zänkisch (zankend; streitsüchtig; streitend; zanksüchtig)
-
zänkisch (streitsüchtig; zanksüchtig)
resonabelt-
resonabelt bijvoeglijk naamwoord
-
-
zänkisch (streitsüchtig; zanksüchtig)
resonemangslystet; polemisk; polemiskt-
resonemangslystet bijvoeglijk naamwoord
-
polemisk bijvoeglijk naamwoord
-
polemiskt bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor zänkisch:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
grälsjukt | streitend; streitsüchtig; zankend; zanksüchtig; zänkisch | |
polemisk | streitend; streitsüchtig; zankend; zanksüchtig; zänkisch | |
polemiskt | streitend; streitsüchtig; zankend; zanksüchtig; zänkisch | |
resonabelt | streitsüchtig; zanksüchtig; zänkisch | begründet; berechtigt; geltend; gerecht; gesetzlich; gesetzmäßig; gültig; rechtmäßig; rechtsgültig sein; rechtskräftig; stichhaltig; wohlbegründet; zustehend |
resonemangslystet | streitsüchtig; zanksüchtig; zänkisch |
Synoniemen voor "zänkisch":
Computer vertaling door derden: