Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. verwelken:


Duits

Uitgebreide vertaling voor verwelken (Duits) in het Zweeds

verwelken:

verwelken werkwoord (verwelke, verwelkst, verwelkt, verwelkte, verwelktet, verwelkt)

  1. verwelken (verblühen; verdorren; ersterben)
    vissna; tyna bort
    • vissna werkwoord (vissnar, vissnade, vissnat)
    • tyna bort werkwoord (tynar bort, tynade bort, tynat bort)

Conjugations for verwelken:

Präsens
  1. verwelke
  2. verwelkst
  3. verwelkt
  4. verwelken
  5. verwelkt
  6. verwelken
Imperfekt
  1. verwelkte
  2. verwelktest
  3. verwelkte
  4. verwelkten
  5. verwelktet
  6. verwelkten
Perfekt
  1. bin verwelkt
  2. bist verwelkt
  3. ist verwelkt
  4. sind verwelkt
  5. seid verwelkt
  6. sind verwelkt
1. Konjunktiv [1]
  1. verwelke
  2. verwelkest
  3. verwelke
  4. verwelken
  5. verwelket
  6. verwelken
2. Konjunktiv
  1. verwelkete
  2. verwelketest
  3. verwelkete
  4. verwelketen
  5. verwelketet
  6. verwelketen
Futur 1
  1. werde verwelken
  2. wirst verwelken
  3. wird verwelken
  4. werden verwelken
  5. werdet verwelken
  6. werden verwelken
1. Konjunktiv [2]
  1. würde verwelken
  2. würdest verwelken
  3. würde verwelken
  4. würden verwelken
  5. würdet verwelken
  6. würden verwelken
Diverses
  1. verwelk!
  2. verwelkt!
  3. verwelken Sie!
  4. verwelkt
  5. verwelkend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor verwelken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tyna bort ersterben; verblühen; verdorren; verwelken
vissna ersterben; verblühen; verdorren; verwelken

Synoniemen voor "verwelken":