Unparteiisch in het Zweeds vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

unparteiisch:
- jämnlik; neutralt; jämnlikt; lika; oberoende; objektivt; opartisk; opartiskt
Wiktionary:
- unparteiisch → opartisk

Duits

Uitgebreide vertaling voor unparteiisch (Duits) in het Zweeds

unparteiisch (neutral; indifferent)
jämnlik; neutralt; jämnlikt
- jämnlik bijvoeglijk naamwoord
- neutralt bijvoeglijk naamwoord
- jämnlikt bijvoeglijk naamwoord
unparteiisch (gleichgültig; ungerührt; uninterressiert; egal; einerlei; indifferent; teilnamslos)
lika
- lika bijvoeglijk naamwoord
unparteiisch (objektiv; sachlich; kalt; geschäftlich; nüchtern; dürr; dienstlich; unbestechlich)
oberoende; objektivt; opartisk; neutralt; opartiskt
- oberoende bijvoeglijk naamwoord
- objektivt bijvoeglijk naamwoord
- opartisk bijvoeglijk naamwoord
- neutralt bijvoeglijk naamwoord
- opartiskt bijvoeglijk naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
lika		Gegenstück; Gleiche
oberoende		Freiheit; Selbständigkeit; Unabhängigkeit; Ungebundenheit
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
jämnlik	indifferent; neutral; unparteiisch
jämnlikt	indifferent; neutral; unparteiisch
lika	egal; einerlei; gleichgültig; indifferent; teilnamslos; ungerührt; uninterressiert; unparteiisch	analog; einander entsprechend; einander gleich; gleichartig; gleichförmig; gleichwertig; homogen; identisch
neutralt	dienstlich; dürr; geschäftlich; indifferent; kalt; neutral; nüchtern; objektiv; sachlich; unbestechlich; unparteiisch
oberoende	dienstlich; dürr; geschäftlich; kalt; nüchtern; objektiv; sachlich; unbestechlich; unparteiisch	eigenmächtig; eigensinnig; selbständig
objektivt	dienstlich; dürr; geschäftlich; kalt; nüchtern; objektiv; sachlich; unbestechlich; unparteiisch
opartisk	dienstlich; dürr; geschäftlich; kalt; nüchtern; objektiv; sachlich; unbestechlich; unparteiisch
opartiskt	dienstlich; dürr; geschäftlich; kalt; nüchtern; objektiv; sachlich; unbestechlich; unparteiisch

Cross Translation:

From	To	Via
• unparteiisch	→ opartisk	↔ impartial — treating all parties, rivals or disputants equally