Duits
Uitgebreide vertaling voor stelzbeinig (Duits) in het Zweeds
stelzbeinig:
-
stelzbeinig (unhandlich; stümperhaft; unbehaglich; weich; lustlos; hinfällig; ungeschickt; kraftlos; umbequem; grob; lasch; lästig; schwerfällig; flau; schwächlich; tapsig; grobschlächtig; dünn; lahm; entspannt; eckig; schlapp; hilflos; welk; schlaff; krankhaft; kantig; ungelenk; unbeholfen; schlacksig; ungehobelt; abgespannt; gebrechlich; bäuerisch; mißlich; flegelhaft; wässerig; kränklich; tölpelhaft; taktlos; täppisch; ungeschlacht; tapprig)
ohanterligt; svårhanterlig; ohanterlig; klumpigt-
ohanterligt bijvoeglijk naamwoord
-
svårhanterlig bijvoeglijk naamwoord
-
ohanterlig bijvoeglijk naamwoord
-
klumpigt bijvoeglijk naamwoord
-
-
stelzbeinig (stramm; steif; schwerfällig; starr; straff; hölzern; streng; prall; stier; standhaft; starrköpfig; rauh; hauteng; unerschütterlich; schneidig; unverwandt; unbeugsam)
-
stelzbeinig (mit großen Schritten)
med stora steg-
med stora steg bijvoeglijk naamwoord
-
-
stelzbeinig (hölzern)
Vertaal Matrix voor stelzbeinig:
Computer vertaling door derden: