Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. sich ausschmucken:


Duits

Uitgebreide vertaling voor sich ausschmucken (Duits) in het Zweeds

sich ausschmucken:

sich ausschmucken werkwoord

  1. sich ausschmucken
    garnera
    • garnera werkwoord (garnerar, garnerade, garnerat)

Vertaal Matrix voor sich ausschmucken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
garnera sich ausschmucken aufmachen; dekorieren; feinmachen; fertigmachen; fertigstellen; garnieren; gestalten; verzieren; vollenden; zieren

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van sich ausschmucken