Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. seelisch:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor seelisch (Duits) in het Zweeds

seelisch:

seelisch bijvoeglijk naamwoord

  1. seelisch (psychisch; mental; geistlich)
    psykiskt; själisk; själiskt
  2. seelisch (inwendig; innerlich)
    inre
    • inre bijvoeglijk naamwoord
  3. seelisch (innerlich; inwendig; innere; )
    invändigt; internt; inåt; invändig

Vertaal Matrix voor seelisch:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inre Innenseite; Innere; Kern
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
internt intern
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inre innerlich; inwendig; seelisch intern
internt innen; inner; innere; innerlich; intern; inwendig; seelisch
invändig innen; inner; innere; innerlich; intern; inwendig; seelisch
invändigt innen; inner; innere; innerlich; intern; inwendig; seelisch
inåt innen; inner; innere; innerlich; intern; inwendig; seelisch hinein
psykiskt geistlich; mental; psychisch; seelisch
själisk geistlich; mental; psychisch; seelisch
själiskt geistlich; mental; psychisch; seelisch

Synoniemen voor "seelisch":


Wiktionary: seelisch

seelisch
adjective
  1. die Seele, die innere Verfassung des Menschen betreffend

Cross Translation:
FromToVia
seelisch själslig; psykisk mental — relating to the mind
seelisch psykisk psychiquerelatif au psychisme, ou psyché, à l'esprit en général ; objet d'étude de la psychologie.