Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. scharfäugig:


Duits

Uitgebreide vertaling voor scharfäugig (Duits) in het Zweeds

scharfäugig:

scharfäugig bijvoeglijk naamwoord

  1. scharfäugig
    skarp; skarpt
    • skarp bijvoeglijk naamwoord
    • skarpt bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor scharfäugig:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
skarp scharfäugig bissig; clever; eckig; gescheit; gewitzt; gezahnt; kantig; pfiffig; pikant; prikelnder Geschmack; scharf; scharf klingend; schlau; schneidend; spitzig; zugespitzt
skarpt scharfäugig anzüglich; begierig auf; bissig; clever; eckig; gellend; gerieben; gescheit; geschliffen; gewitzt; gezahnt; grell; höllisch; kantig; pfiffig; pikant; scharf; scharf klingend; schlau; schneidend; schrill; schroff; spitzig; versessen auf; zugespitzt

Synoniemen voor "scharfäugig":