Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. ringen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor ringen (Duits) in het Zweeds

ringen:

ringen werkwoord (ringe, ringst, ringt, ringte, ringtet, geringt)

  1. ringen (mit jemandem ringen; klemmen; kämpfen; )
    brottas; kämpa
    • brottas werkwoord (brottas, brottades, brottats)
    • kämpa werkwoord (kämpar, kämpade, kämpat)
  2. ringen (kämpfen; schwingen)
    kämpa; draga
    • kämpa werkwoord (kämpar, kämpade, kämpat)
    • draga werkwoord (drar, drog, dragit)
  3. ringen (wringen; winden; kämpfen; drücken)
    vrida; rycka; bända
    • vrida werkwoord (vrider, vred, vridit)
    • rycka werkwoord (rycker, ryckte, ryckt)
    • bända werkwoord (bänder, bände, bänt)

Conjugations for ringen:

Präsens
  1. ringe
  2. ringst
  3. ringt
  4. ringen
  5. ringt
  6. ringen
Imperfekt
  1. ringte
  2. ringtest
  3. ringte
  4. ringten
  5. ringtet
  6. ringten
Perfekt
  1. habe geringt
  2. hast geringt
  3. hat geringt
  4. haben geringt
  5. habt geringt
  6. haben geringt
1. Konjunktiv [1]
  1. ringe
  2. ringest
  3. ringe
  4. ringen
  5. ringet
  6. ringen
2. Konjunktiv
  1. ringte
  2. ringtest
  3. ringte
  4. ringten
  5. ringtet
  6. ringten
Futur 1
  1. werde ringen
  2. wirst ringen
  3. wird ringen
  4. werden ringen
  5. werdet ringen
  6. werden ringen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde ringen
  2. würdest ringen
  3. würde ringen
  4. würden ringen
  5. würdet ringen
  6. würden ringen
Diverses
  1. ring!
  2. ringt!
  3. ringen Sie!
  4. geringt
  5. ringend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor ringen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
brottas drehen; drücken; klemmen; kämpfen; mit jemandem ringen; ringen; schwingen; winden; wringen
bända drücken; kämpfen; ringen; winden; wringen rütteln; winden; wricken; wriggeln; wriggen; wringen
draga kämpfen; ringen; schwingen abheben; andrehen; ausfädeln; aushecken; ausholen; ausnehmen; auspumpen; ausschöpfen; borgen; dreggen; entlehnen; entnehmen; erreichen; fortziehen; heranziehen; herausnehmen; hervorziehen; holen; leihen; reißen; schaffen; schleppen; schöpfen; tragen; treiben; wuchten; zerren; ziehen
kämpa drehen; drücken; klemmen; kämpfen; mit jemandem ringen; ringen; schwingen; winden; wringen Kampf aufnehmen; ankämpfen; kämpfen; sich prügeln; streiten
rycka drücken; kämpfen; ringen; winden; wringen abstauben; abstäuben; enteignen; entwenden; klauen; rauben; reißen; stehlen; wegreißen; wegrücken; zerren; ziehen
vrida drücken; kämpfen; ringen; winden; wringen drehen; eindrehen; herumdrehen; kehren; kreiseln; rütteln; schwenken; umdrehen; wenden; winden; wricken; wriggen; wringen

Synoniemen voor "ringen":


Wiktionary: ringen


Cross Translation:
FromToVia
ringen sno; tvinna; vrida tordre — Tourner un corps long et flexible par ses deux extrémités en sens contraire.

Verwante vertalingen van ringen