Duits
Uitgebreide vertaling voor planieren (Duits) in het Zweeds
planieren:
Vertaal Matrix voor planieren:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
jämna | ebenen; glätten; planieren | abhandeln; abplatten; abstreichen; abwickeln; angleichen; ausbügeln; ausgleichen; ausstreichen; beilegen; bügeln; ebnen; egalisieren; florieren; flächen; funkeln; glatthobeln; glimmen; glitzern; glätten; nivellieren; polieren; regulieren; schaben; schimmern; schleifen; schlichten; schmirgeln |
plana | ebenen; glätten; planieren | abplatten; ebnen; egalisieren |
utjämna | ebenen; glätten; planieren | angleichen; ausbalancieren; ausgleichen; balancieren; ebnen; egalisieren; entsprechen; gleichen; nivellieren; regulieren; übereinstimmen |