Duits
Uitgebreide vertaling voor nicht voraussagbar (Duits) in het Zweeds
nicht voraussagbar:
-
nicht voraussagbar (launenhaft; unberechenbar; flatterhaft; unbeständig; unbefahrbar; launisch; variabel; übellaunig; veränderlich; wetterwendisch; wandelbar; schlecht gelaunt)
oberäknelig; flyktig; ombytligt; oberäkneligt; flyktigt; obeständigt-
oberäknelig bijvoeglijk naamwoord
-
flyktig bijvoeglijk naamwoord
-
ombytligt bijvoeglijk naamwoord
-
oberäkneligt bijvoeglijk naamwoord
-
flyktigt bijvoeglijk naamwoord
-
obeständigt bijvoeglijk naamwoord
-