Duits
Uitgebreide vertaling voor läppisch (Duits) in het Zweeds
läppisch:
-
läppisch (stümperhaft)
-
läppisch (kindisch; unbedeutend)
Vertaal Matrix voor läppisch:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
obetydlig | Armleuchter; Depp; Dumme; Dummkopf; Dussel; Einfaltspinsel; Esel; Geck; Gänschen; Hanswurst; Hofnarr; Idiot; Irre; Irrsinnige; Narr; Schaf; Schafskopf; Schalk; Schussel; Schwachkopf; Spaßvogel; Tor; Trottel; Tröttel; Tölpel; Unbedeutende; Verrückte; dummer August | |
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
drummelaktig | läppisch; stümperhaft | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
obetydlig | kindisch; läppisch; unbedeutend | anspruchslos; bedeutungslos; bescheiden; gering; geringfügig; gewöhnlich; klein; marginal; minimal; nichtsbedeutend; niedrig; trivial; unbedeutend; unscheinbar; unwesentlich; unwichtig |
obetydligt | kindisch; läppisch; unbedeutend | anspruchslos; bedeutungslos; bescheiden; gering; geringfügig; gewöhnlich; klein; knapp; marginal; minderwertig; minimal; nichtsbedeutend; niedrig; trivial; unbedeutend; unscheinbar; unter dem Mindestmaß; unwesentlich; unwichtig; winzig; äußerst klein |