Overzicht
Duits naar Zweeds: Meer gegevens...
- klamm:
-
Wiktionary:
- klamm → fuktig, stelfrusen, pressad, ha det kärvt
Duits
Uitgebreide vertaling voor klamm (Duits) in het Zweeds
klamm:
-
klamm (feucht; naß; beschlagen; feuchtkalt)
-
klamm (naßkalt; kalt; feucht; kühl; unangenehm; frostig; feuchtkalt)
kallt och fuktigt-
kallt och fuktigt bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor klamm:
| Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| blöt | beschlagen; feucht; feuchtkalt; klamm; naß | durchdrungen |
| fuktigt | beschlagen; feucht; feuchtkalt; klamm; naß | feucht; naß; regnerisch; trüb; trübe |
| kallt och fuktigt | feucht; feuchtkalt; frostig; kalt; klamm; kühl; naßkalt; unangenehm |
Synoniemen voor "klamm":
Wiktionary: klamm
klamm
adjective
-
feucht, oft in Verbindung mit dem Empfinden von Kälte
- klamm → fuktig
-
kühl oder kalt
- klamm → stelfrusen
-
(umgangssprachlich) kein oder nur wenig Geld besitzend
- klamm → pressad; ha det kärvt