Overzicht
Duits naar Zweeds: Meer gegevens...
- geringschätzig:
-
Wiktionary:
- geringschätzig → nedsättande
Duits
Uitgebreide vertaling voor geringschätzig (Duits) in het Zweeds
geringschätzig:
-
geringschätzig (schmählich; höhnisch; verächtlich; schofel; geringschätzend)
-
geringschätzig (eingebildet; stolz; hochmütig; hoffärtig; erhaben; eitel; überheblich; herablassend; arrogant; selbstgefällig; aufgebläht; gönnerhaft; erniedrigend; geringschätzend)
dryg; drygt; överlägset; högmodig; förringande; förringandet; högmodigt; högdraget-
dryg bijvoeglijk naamwoord
-
drygt bijvoeglijk naamwoord
-
överlägset bijvoeglijk naamwoord
-
högmodig bijvoeglijk naamwoord
-
förringande bijvoeglijk naamwoord
-
förringandet bijvoeglijk naamwoord
-
högmodigt bijvoeglijk naamwoord
-
högdraget bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor geringschätzig:
Synoniemen voor "geringschätzig":
Wiktionary: geringschätzig
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• geringschätzig | → nedsättande | ↔ disparaging — insulting |
Computer vertaling door derden: