Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. gebähren:


Duits

Uitgebreide vertaling voor gebähren (Duits) in het Zweeds

gebähren:

gebähren werkwoord

  1. gebähren (zur Welt bringen)
    föda; bringa till världen
    • föda werkwoord (föder, födde, fött)
    • bringa till världen werkwoord (bringar till världen, bringade till världen, bringat till världen)

Vertaal Matrix voor gebähren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
föda Abffüttern; Ernährung; Essen; Futter; Fütterung; Kost; Nahrung; Verpflegung
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bringa till världen gebähren; zur Welt bringen
föda gebähren; zur Welt bringen Nahrung geben; ernähren; erziehen; essen; füttern; großbringen; großziehen; nähren; speisen; verpflegen