Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. ehelich:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor ehelich (Duits) in het Zweeds

ehelich:

ehelich bijvoeglijk naamwoord

  1. ehelich
    äktenskaplig; äktenskapligt

Vertaal Matrix voor ehelich:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
äktenskaplig ehelich
äktenskapligt ehelich

Synoniemen voor "ehelich":

  • hochzeitlich

Wiktionary: ehelich

ehelich
adjective
  1. sich auf die Ehe beziehend, in der Ehe üblich
  2. aus einer gültigen Ehe stammend (Nachkommen)