Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. aushilfe:


Duits

Uitgebreide vertaling voor aushilfe (Duits) in het Zweeds

aushilfe:

aushilfe [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die aushilfe (Erleichterung; Trost; Linderung)
    lindrande

Vertaal Matrix voor aushilfe:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lindrande Erleichterung; Linderung; Trost; aushilfe