Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. auseinander:


Duits

Uitgebreide vertaling voor auseinander (Duits) in het Zweeds

auseinander:

auseinander bijvoeglijk naamwoord

  1. auseinander (entzwei)
    isär; åtskild; åtskilt

Vertaal Matrix voor auseinander:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
isär auseinander; entzwei apart; entzwei
åtskild auseinander; entzwei getrennt
åtskilt auseinander; entzwei

Synoniemen voor "auseinander":


Verwante vertalingen van auseinander