Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Zügigkeit:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Zügigkeit (Duits) in het Zweeds

Zügigkeit:

Zügigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Zügigkeit (Schnelligkeit; Geschwindigkeit; Tempo; )
    snabbhet; tempo
    • snabbhet [-en] zelfstandig naamwoord
    • tempo [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Zügigkeit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
snabbhet Flinkheit; Geschwindigkeit; Gewandtheit; Raschheit; Schnelligkeit; Tempo; Zügigkeit Beweglichkeit; Lebhaftigkeit
tempo Flinkheit; Geschwindigkeit; Gewandtheit; Raschheit; Schnelligkeit; Tempo; Zügigkeit