Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Wohlstand:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Wohlstand (Duits) in het Zweeds

Wohlstand:

Wohlstand [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Wohlstand (Wohlbefinden)
    framgång; lycka; succé; välstånd
  2. der Wohlstand (Wohl)
    välstånd

Vertaal Matrix voor Wohlstand:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
framgång Wohlbefinden; Wohlstand Anschlagen; Eintippen; Erfolg; Gelingen; Glück
lycka Wohlbefinden; Wohlstand Behagen; Erfolg; Euphorie; Extraprofit; Gelegenheitskauf; Gelegenheitskäufe; Gelingen; Genuß; Glück; Glückseligkeit; Glücksfall; Glücksfälle; Glückstreffer; Großartigkeit; Gutdünken; Herrlichkeit; Köstlichkeit; Schwein; Seligkeit; Vermögen; Vortrefflichkeit; Wohlbehagen; Wonne; Zufallstreffer; kleiner Profit; unerwarteter Vorteil; unerwartetes Glück
succé Wohlbefinden; Wohlstand Best-seller; Erfolg; Gelingen; Glück; Hit; Schlager; Treffer
välstånd Wohl; Wohlbefinden; Wohlstand Erfolg; Gelingen; Glück

Synoniemen voor "Wohlstand":


Wiktionary: Wohlstand


Cross Translation:
FromToVia
Wohlstand välstånd prosperity — prosperity