Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Vertaal Wisch

Vertaal Wisch van Duits naar Zweeds

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Wisch:
- gröda; skörd; årsväxt; skräp; lump

Duits

Uitgebreide vertaling voor Wisch (Duits) in het Zweeds

Wisch:

Wisch [der ~] zelfstandig naamwoord

der Wisch (Ertrag; Ernte; Pflücken; Erträge; Lese; Büschel; Weinlese; Einsammlung)
gröda; skörd; årsväxt
- gröda [-en] zelfstandig naamwoord
- skörd [-en] zelfstandig naamwoord
- årsväxt [-en] zelfstandig naamwoord
der Wisch (Lumpen; Läppchen; Lappen; Fetzen; Flicklappen; Flicken; Stoffetzen; wertlose Zeug; Stofflappen)
skräp; lump
- skräp [-ett] zelfstandig naamwoord
- lump [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Wisch:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
gröda	Büschel; Einsammlung; Ernte; Ertrag; Erträge; Lese; Pflücken; Weinlese; Wisch
lump	Fetzen; Flicken; Flicklappen; Lappen; Lumpen; Läppchen; Stoffetzen; Stofflappen; Wisch; wertlose Zeug
skräp	Fetzen; Flicken; Flicklappen; Lappen; Lumpen; Läppchen; Stoffetzen; Stofflappen; Wisch; wertlose Zeug	Abfall; Bruch; Junk-E-Mail; Kram; Krempel; Krimskrams; Schund; Schutt; Streusel; Stroh; Trümmer; Zeug; wertloses Zeug
skörd	Büschel; Einsammlung; Ernte; Ertrag; Erträge; Lese; Pflücken; Weinlese; Wisch	Ernte; Ertrag; Erträge; Gewinnung; Gewächs; Hervorbringung; Lese; Pflücken; Weinlese
årsväxt	Büschel; Einsammlung; Ernte; Ertrag; Erträge; Lese; Pflücken; Weinlese; Wisch

Synoniemen voor "Wisch":

Bescheid; Mitteilung; Schreiben
Brief; Schrieb; Zuschrift; Bericht; Botschaft; Informationsaustausch; Mitteilung; Nachricht

Computer vertaling door derden: