Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Verästelung:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Verästelung (Duits) in het Zweeds

Verästelung:

Verästelung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Verästelung (Verzweigung; Gabelung)
    gren; sidogren

Vertaal Matrix voor Verästelung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gren Gabelung; Verzweigung; Verästelung Anhaltspunkt; Entlastung; Fach; Fachbereich; Halt; Hilfe; Reis; Stütze; Unterstützung; Verzweigung; Zuversicht; Zweig; junger Zweig
sidogren Gabelung; Verzweigung; Verästelung

Synoniemen voor "Verästelung":