Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Vertaal Troß

Vertaal Troß van Duits naar Zweeds

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Troß:
- tåg; släptåg; kungligt hushåll; hov; härtåg

Duits

Uitgebreide vertaling voor Troß (Duits) in het Zweeds

Troß:

Troß [der ~] zelfstandig naamwoord

der Troß (Schleppe; Zug; Schleppzug; Schleppnetz; Gefolge)
tåg; släptåg
- tåg [-ett] zelfstandig naamwoord
- släptåg [-ett] zelfstandig naamwoord
der Troß (Hofhaltung; Ergebnis; Gefolge; Folge; Konsequenz; Auswirkung; Hofstaat; Hofgefolge)
kungligt hushåll; hov
- kungligt hushåll zelfstandig naamwoord
- hov [-ett] zelfstandig naamwoord
der Troß
härtåg
- härtåg zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Troß:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
hov	Auswirkung; Ergebnis; Folge; Gefolge; Hofgefolge; Hofhaltung; Hofstaat; Konsequenz; Troß	Hobel; Hofstaat; Huf; Hufeisen; Huflattich
härtåg	Troß
kungligt hushåll	Auswirkung; Ergebnis; Folge; Gefolge; Hofgefolge; Hofhaltung; Hofstaat; Konsequenz; Troß
släptåg	Gefolge; Schleppe; Schleppnetz; Schleppzug; Troß; Zug	Schlepptaue; Schlepptrosse
tåg	Gefolge; Schleppe; Schleppnetz; Schleppzug; Troß; Zug	Feier; Feierlichkeit; Festlichkeit; Kabel; Pracht; Prozession; Schiffskabel; Zug; Zugabteil; Zuggarnitur