Teilnehmer in het Zweeds vertaald uit het Duits

Duits

Uitgebreide vertaling voor Teilnehmer (Duits) in het Zweeds

der Teilnehmer (Partizipant; Beteiligte)
deltagare
- deltagare [-en] zelfstandig naamwoord
der Teilnehmer (Mitglieder)
medlem
- medlem zelfstandig naamwoord
der Teilnehmer (Kursist; Kursistin)
studerande; student; kursdeltagare
- studerande [-en] zelfstandig naamwoord
- student [-en] zelfstandig naamwoord
- kursdeltagare [-en] zelfstandig naamwoord
der Teilnehmer (Abonnent)
prenumerant
- prenumerant [-en] zelfstandig naamwoord
der Teilnehmer (Besprechungsteilnehmer)
deltagare; mötesdeltagare
- deltagare [-en] zelfstandig naamwoord
- mötesdeltagare

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
deltagare	Besprechungsteilnehmer; Beteiligte; Partizipant; Teilnehmer	Mitwirkender; Teilnehmerkreis
kursdeltagare	Kursist; Kursistin; Teilnehmer	Kursist; Kursistin
medlem	Mitglieder; Teilnehmer	Angehörige; Dimensionselement; Element; Mitglied
prenumerant	Abonnent; Teilnehmer	Abonnent; Abonnentin; Bezieher
student	Kursist; Kursistin; Teilnehmer	Schüler; Schülerin; Student; Studentin
studerande	Kursist; Kursistin; Teilnehmer	Lernen; Mustern; Prüfend anschauen; Schüler; Schülerin; Student; Studentin; Studieren
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
mötesdeltagare	Besprechungsteilnehmer; Teilnehmer

Cross Translation:

From	To	Via
• Teilnehmer	→ deltagare	↔ participant — one who participates
• Teilnehmer	→ deltagare	↔ participant — Qui participe

Computer vertaling door derden: