Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Speicher:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Speicher (Duits) in het Zweeds

Speicher:

Speicher [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Speicher (Dachboden; Hängeboden; Boden; Lagerboden)
    vinden
    • vinden zelfstandig naamwoord
  2. der Speicher (Vorratskammer; Lager; Magazin; )
    skafferi
  3. der Speicher (Lager; Warenhaus; Kaufhaus; )
    depå; lager; magasin
    • depå [-en] zelfstandig naamwoord
    • lager [-ett] zelfstandig naamwoord
    • magasin [-ett] zelfstandig naamwoord
  4. der Speicher (Dachgeschoß)
    vind; övervåning; vindsvåning; vindsövervåning
  5. der Speicher (Arbeitsspeicher; temporärer Speicher)
    minne
    • minne [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Speicher:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
depå Deponie; Depot; Geschäft; Geschäfte; Großhandelsgebäude; Kaufhaus; Lager; Lagerhaus; Lagerplatz; Lagerraum; Magazin; Niederlage; Sammelplatz; Speicher; Vorratslager; Warenhaus; Warenlager
lager Deponie; Depot; Geschäft; Geschäfte; Großhandelsgebäude; Kaufhaus; Lager; Lagerhaus; Lagerplatz; Lagerraum; Magazin; Niederlage; Sammelplatz; Speicher; Vorratslager; Warenhaus; Warenlager Anfuhr; Belag; Bestand; Depots; Güterschuppen; Inventar; Lager; Lagerhäuser; Lagerpaltz; Magazine; Schicht; Schäfte; Warenbestand; Zufuhr
magasin Deponie; Depot; Geschäft; Geschäfte; Großhandelsgebäude; Kaufhaus; Lager; Lagerhaus; Lagerplatz; Lagerraum; Magazin; Niederlage; Sammelplatz; Speicher; Vorratslager; Warenhaus; Warenlager Blatt; Depots; Lager; Lagerhäuser; Lagerpaltz; Magazine; Zeitschrift
minne Arbeitsspeicher; Speicher; temporärer Speicher Abberufung; Andenken; Denkschrift; Denkwürdigkeit; Erinnerung; Erinnerungsvermögen; Gedächtnis; Mahnung; Memorandum
skafferi Depot; Lager; Magazin; Speicher; Speisekammer; Vorratskammer; Vorratslager; Warenlager Speiseschrank; Vorratsschrank
vind Dachgeschoß; Speicher Dachkammer; Dachkammern
vinden Boden; Dachboden; Hängeboden; Lagerboden; Speicher
vindsvåning Dachgeschoß; Speicher Dachkammern
vindsövervåning Dachgeschoß; Speicher
övervåning Dachgeschoß; Speicher
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
lager Aufbewahrungsort

Synoniemen voor "Speicher":


Wiktionary: Speicher

Speicher
noun
  1. EDV: Vorrichtung an elektrischen Rechenanlagen zum Speichern von Informationen
  2. Raum unter dem Dach, der zum Abstellen dient
  3. Gebäude, das zur Lagerung von Vorrat dient

Cross Translation:
FromToVia
Speicher minne memory — RAM or ROM
Speicher lager store — place where items may be kept