Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Reich:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Reich (Duits) in het Zweeds

Reich:

Reich [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Reich (Nation; Land; Staat)
    land; nation
    • land [-ett] zelfstandig naamwoord
    • nation [-en] zelfstandig naamwoord
  2. Reich (Königreich; Königtum)
    kungarike

Vertaal Matrix voor Reich:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kungarike Königreich; Königtum; Reich
land Land; Nation; Reich; Staat Land; Provinz; Ufer; Wall
nation Land; Nation; Reich; Staat Nation; Volk

Wiktionary: Reich

Reich
noun
  1. Land oder Länder, das beziehungsweise die von einem Monarchen regiert werden:

Cross Translation:
FromToVia
Reich Riket; Rike Reich — German Reich, the Third Reich
Reich imperium empire — political unit
Reich rike kingdom — taxonomic division, below Domain and above Phylum
Reich rike realm — territory or state
Reich rike rijk — een staat of natie onder een vorst of heerser
Reich kejsardöme empireautorité absolue.
Reich makt; herravälde; myndighet; kraft; förmåga; styrka puissancepouvoir d’imposer son autorité.

Verwante vertalingen van Reich