Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Mobiliar:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Mobiliar (Duits) in het Zweeds

Mobiliar:

Mobiliar [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Mobiliar (Ameublement; Möbel)
    möblering
  2. Mobiliar (Hausrat; Inventar; Eigentum; )

Vertaal Matrix voor Mobiliar:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
möbler och husgeråd Besitz; Besitztum; Bestand; Eigentum; Habe; Hausmobiliar; Hausrat; Inventar; Mobiliar
möblering Ameublement; Mobiliar; Möbel Innenausstattung; Wohnungseinrichting; Wonungsausstattung

Synoniemen voor "Mobiliar":


Wiktionary: Mobiliar

Mobiliar
noun
  1. Gesamtheit der Möbel in einem Haus, Raum