Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Messe:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Messe (Duits) in het Zweeds

Messe:

Messe [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Messe (Gottesdienst; Dienst)
    gudstjänst

Vertaal Matrix voor Messe:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gudstjänst Dienst; Gottesdienst; Messe Gottesdienst
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gudstjänst theologisch

Synoniemen voor "Messe":


Wiktionary: Messe

Messe
noun
  1. Wirtschaft: Warenschau
  2. Schifffahrt: gemeinsamer Wohn- und Speiseraum der Schiffsoffiziere
  3. Unterhaltung: Volksfeste, die zum/am Jahrestag eines Kirchenpatrons abgehalten werden
  4. Religion: christliche Gottesdienstform, die aus Wortgottesdienst und Eucharistiefeier besteht
  5. Musik: Musikgattung, in der Texte der Messe [1] vertont werden

Cross Translation:
FromToVia
Messe mässa mess — Mass; church service
Messe mässa beurs — bijeenkomst waar producenten van een bepaald vakgebied meest nieuwe producten tentoonspreiden
Messe marknad foireassemblée considérable et publique qui se tient en temps et lieu désignés d’avance, où tous les marchands peuvent étaler et vendre des objets de leur commerce.

Verwante vertalingen van Messe