Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Krampe:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Krampe (Duits) in het Zweeds

Krampe:

Krampe [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Krampe (Wundklammer)
    klämma; krampa
    • klämma [-en] zelfstandig naamwoord
    • krampa zelfstandig naamwoord
  2. die Krampe (Klampe; Milbe; Falle; Klemme)
    stack; stapel
    • stack [-en] zelfstandig naamwoord
    • stapel [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Krampe:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
klämma Krampe; Wundklammer Klammer; Klammerhaken; Klemme; Klemmhefter; Kuhklaue
krampa Krampe; Wundklammer Abschlußklappe; Einhämmern eines Bolzens; Leimzange
stack Falle; Klampe; Klemme; Krampe; Milbe Heuschober; Stapel
stapel Falle; Klampe; Klemme; Krampe; Milbe Aufstrich; Haarstrich; Heuschober; Spalte
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
klämma drücken; klemmen; kneifen; knellen; quetschen; schnüren; spannen; zudrücken; zukneifen; zwicken

Wiktionary: Krampe

Krampe
noun
  1. Verbindungselement: ein U-förmig gebogener Draht mit 2 Spitzen

Cross Translation:
FromToVia
Krampe spasm parenthèse — incise dans la phrase