Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Kelle:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Kelle (Duits) in het Zweeds

Kelle:

Kelle [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Kelle (Schöpflöffel; Löffel; Schöpfer; Schöpfkelle)
    matsked
    • matsked [-en] zelfstandig naamwoord
  2. die Kelle (Schöpfkelle; Schöpflöffel)
    skopa; sked
    • skopa [-en] zelfstandig naamwoord
    • sked zelfstandig naamwoord
  3. die Kelle (Tennisschläger)
    tennisracket

Vertaal Matrix voor Kelle:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
matsked Kelle; Löffel; Schöpfer; Schöpfkelle; Schöpflöffel
sked Kelle; Schöpfkelle; Schöpflöffel Eßlöffel; Löffel; Schöpfkelle
skopa Kelle; Schöpfkelle; Schöpflöffel Primeur; Spaten; ersteFruchtdesJahres; ersteGemüsedesJahres
tennisracket Kelle; Tennisschläger

Synoniemen voor "Kelle":


Wiktionary: Kelle

Kelle
noun
  1. Signalstab eines Verkehrspolizisten, Bahnhofsvorstehers oder Schaffners
  2. Jägersprache: Schwanz des Bibers
  3. norddeutsch, (umgangssprachlich): für Tischtennisschläger
  4. ein Schöpflöffel
  5. ein Werkzeug eines Maurers zum Verputzen sowie Auftragen, Verteilen von Mörtel