Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Kamera:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Kamera (Duits) in het Zweeds

Kamera:

Kamera [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Kamera (Photoapparat)
    kamera
    • kamera [-en] zelfstandig naamwoord
  2. die Kamera (Fotokamera)
    kamera; fotokamera

Kamera

  1. Kamera

Vertaal Matrix voor Kamera:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fotokamera Fotokamera; Kamera
kamera Fotokamera; Kamera; Photoapparat
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Kamera Kamera

Synoniemen voor "Kamera":


Wiktionary: Kamera

Kamera
noun
  1. Gerät zum Erstellen von Fotos
  2. Gerät zum Aufnehmen von Filmen

Cross Translation:
FromToVia
Kamera kamera camera — still pictures
Kamera kamera camera — een apparaat om beelden mee te registreren
Kamera kamera appareil photoInstrument permettant de prendre des photographies grâce à l’impression de la lumière sur une pellicule à base de nitrate d’argent ou bien par numérisation.