Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Justiz:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Justiz (Duits) in het Zweeds

Justiz:

Justiz [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Justiz (Justizbehörde; Gerichtsbehörde; Gericht)
    justitiedepartement; dömande makt; domarkåren
  2. die Justiz
    rättvisa

Vertaal Matrix voor Justiz:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
domarkåren Gericht; Gerichtsbehörde; Justiz; Justizbehörde
dömande makt Gericht; Gerichtsbehörde; Justiz; Justizbehörde richterliche Gewalt
justitiedepartement Gericht; Gerichtsbehörde; Justiz; Justizbehörde
rättvisa Justiz Gerechtigkeit; Recht; Vernünftigkeit; mit Rede

Synoniemen voor "Justiz":


Wiktionary: Justiz

Justiz
noun
  1. rechtsprechende Gewalt