Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Horst:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Horst (Duits) in het Zweeds

Horst:

Horst [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Horst (Nest)
    lya; näste; bo; håla
    • lya [-en] zelfstandig naamwoord
    • näste [-ett] zelfstandig naamwoord
    • bo [-ett] zelfstandig naamwoord
    • håla [-en] zelfstandig naamwoord
  2. der Horst (Raubvogelnest)
    örnnäste; rovfågelsnäste

Vertaal Matrix voor Horst:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bo Horst; Nest
håla Horst; Nest Baracke; Bruchbude; Gelenkhöhle; Höhle; Hütte; Käfig; Spelunke; Verschlag
lya Horst; Nest Baracke; Bruchbude; Hütte
näste Horst; Nest
rovfågelsnäste Horst; Raubvogelnest
örnnäste Horst; Raubvogelnest
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bo leben; residieren; sich befinden; wohnen

Synoniemen voor "Horst":


Wiktionary: Horst

Horst
noun
  1. Forstwirtschaft: mehrere dicht stehende Bäume
  2. Nest eines Greifvogels

Cross Translation:
FromToVia
Horst kyffe; näste nid — abri d’oiseau