Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Hausfriedensbruch:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Hausfriedensbruch (Duits) in het Zweeds

Hausfriedensbruch:

Hausfriedensbruch [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Hausfriedensbruch

Vertaal Matrix voor Hausfriedensbruch:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
olagligt inträngande Hausfriedensbruch

Synoniemen voor "Hausfriedensbruch":

  • Besitzstörung; unbefugtes Betreten

Wiktionary: Hausfriedensbruch

Hausfriedensbruch
noun
  1. Recht: unrechtmäßiges Betreten von fremden Grundstücken, Eindringen in fremdes Wohn-/Geschäftseigentum, Verletzung des Hausrechts

Computer vertaling door derden: