Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Handfertigkeit:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Handfertigkeit (Duits) in het Zweeds

Handfertigkeit:

Handfertigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Handfertigkeit
    hantverk; handarbete; handfärdighet
  2. die Handfertigkeit (Fingerfertigkeit)
    fort i fingrarna

Vertaal Matrix voor Handfertigkeit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fort i fingrarna Fingerfertigkeit; Handfertigkeit
handarbete Handfertigkeit Handarbeit
handfärdighet Handfertigkeit
hantverk Handfertigkeit Handarbeit; Handwerk