Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Vertaal Guß

Vertaal Guß van Duits naar Zweeds

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Guß:
- gips; glasyr; gjutning; rollbesättning; plask; gjutform; stöpform

Duits

Uitgebreide vertaling voor Guß (Duits) in het Zweeds

Guß:

Guß [der ~] zelfstandig naamwoord

der Guß (Form; Abdruck; Gips)
gips
- gips [-ett] zelfstandig naamwoord
der Guß (Glasur)
glasyr
- glasyr [-en] zelfstandig naamwoord
der Guß (Gußstück)
gjutning; rollbesättning
- gjutning [-en] zelfstandig naamwoord
- rollbesättning zelfstandig naamwoord
der Guß (Schwall)
plask
- plask [-ett] zelfstandig naamwoord
der Guß (Gußform; Aufguß; Abdruck; Abguß)
gjutform; stöpform
- gjutform [-en] zelfstandig naamwoord
- stöpform zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Guß:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
gips	Abdruck; Form; Gips; Guß	Gips; Gipsbinde; Gipsverband; Kalk; Putz; Stuck
gjutform	Abdruck; Abguß; Aufguß; Guß; Gußform	Druckform; Giessform; Gießform; Gußform; Matrix
gjutning	Guß; Gußstück
glasyr	Glasur; Guß	Glasur
plask	Guß; Schwall	Gespritz; Klecks; Spritzer; Tüpfel
rollbesättning	Guß; Gußstück	Rollenbesetzung; Rollenverteilung
stöpform	Abdruck; Abguß; Aufguß; Guß; Gußform