Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Geldbuße:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Geldbuße (Duits) in het Zweeds

Geldbuße:

Geldbuße [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Geldbuße (Buße; Geldstrafe; Strafstoß; )
    böter; bötesstraff
  2. die Geldbuße (Buße)
    böter
    • böter zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Geldbuße:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
böter Buße; Geldbuße; Geldstrafe; Strafe; Strafmandat; Strafstoß; Sühne; Zollstrafe Bußgeld; Büßen; Geldstrafe; Knöllchen; Strafe; Strafzettel
bötesstraff Buße; Geldbuße; Geldstrafe; Strafe; Strafmandat; Strafstoß; Sühne; Zollstrafe

Synoniemen voor "Geldbuße":


Wiktionary: Geldbuße

Geldbuße
noun
  1. Sanktion für eine Ordnungswidrigkeit in Form einer Geldzahlung

Cross Translation:
FromToVia
Geldbuße bot fine — payment for breaking the law

Verwante vertalingen van Geldbuße