Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Gegenverkehr:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Gegenverkehr (Duits) in het Zweeds

Gegenverkehr:

Gegenverkehr [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Gegenverkehr
    annalkande trafik

Vertaal Matrix voor Gegenverkehr:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
annalkande trafik Gegenverkehr

Wiktionary: Gegenverkehr

Gegenverkehr
noun
  1. Verkehr, der in entgegengesetzter Richtung unterwegs ist; im Straßenverkehr der Verkehr auf der Gegenfahrbahn

Computer vertaling door derden: