Erscheinen in het Zweeds vertaald uit het Duits

Remove Ads

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Erscheinen:
- framträda; statyr; framträdande; uppträdande; ankomst; inträde; figur; silhouette
Wiktionary:
- Erscheinen → ankomst

Duits

Uitgebreide vertaling voor Erscheinen (Duits) in het Zweeds

Erscheinen:

Erscheinen [das ~] zelfstandig naamwoord

Erscheinen (Erscheinung)
framträda
- framträda zelfstandig naamwoord
Erscheinen (Figur; Gestalt; Erscheinung; Wuchs; Statur)
statyr
- statyr zelfstandig naamwoord
Erscheinen (Erscheinungsform; Erscheinung; Erscheinungsbild)
framträdande; uppträdande; ankomst; inträde
- framträdande [-ett] zelfstandig naamwoord
- uppträdande [-ett] zelfstandig naamwoord
- ankomst [-en] zelfstandig naamwoord
- inträde [-ett] zelfstandig naamwoord
Erscheinen (Statur; Figur; Erscheinungsform; Form; Erscheinung)
figur; silhouette
- figur [-en] zelfstandig naamwoord
- silhouette zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Erscheinen:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
ankomst	Erscheinen; Erscheinung; Erscheinungsbild; Erscheinungsform	Advent; Anfang; Ankunft; Antreten; Antritt; Eindringen; Einkommen; Einnahme; Eintreffen; Eintreten; Eintritt; Einzug; Einzüge; Kommen; Steigerung
figur	Erscheinen; Erscheinung; Erscheinungsform; Figur; Form; Statur	Figur; Form; Gebilde; Geist; Gestalt; Grabfigur; Grundgesetz; Konstituierung; Konstitution; Körperbau; Körperbeschaffentheit; Leibesbeschaffenheit; Person; Statur; Verfassung; Wesen
framträda	Erscheinen; Erscheinung
framträdande	Erscheinen; Erscheinung; Erscheinungsbild; Erscheinungsform	Anblick; Ansicht; Aussehen; Erscheinung; Erscheinungsform; Gestalt; Statur; Steigerung; Zudringlichkeit; Äußere
inträde	Erscheinen; Erscheinung; Erscheinungsbild; Erscheinungsform	Anfang; Ankunft; Antreten; Antritt; Bewilligung; Eindringen; Einfahrt; Einkommen; Einnahme; Eintreffen; Eintreten; Eintritt; Einzug; Einzüge; Genehmigung; Kommen; Steigerung; Zulassung; Zutritte
silhouette	Erscheinen; Erscheinung; Erscheinungsform; Figur; Form; Statur	Schattenbild; Silhouette
statyr	Erscheinen; Erscheinung; Figur; Gestalt; Statur; Wuchs
uppträdande	Erscheinen; Erscheinung; Erscheinungsbild; Erscheinungsform	Arbeitsleistung; Ausübung; Glanzleistung; Großtat; Kunststück; Leistung; Steigerung; Verrichtung; Vollziehung
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
framträda		anschwellen; aufgehen; eintreten; enstehen; entkeimen; entspringen; entstehen; erstehen; gelangen; hervorbrechen; schwellen; sich erheben; sicherheben; sichtbar werden; steigen; wachsen; werden; zu vorschein kommen
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
framträdande		einflußreich; maßgebend
uppträdande		ausführbar; durchführbar

Synoniemen voor "Erscheinen":

Ankunft; Auftreten; Eintreffen

Wiktionary: Erscheinen

Cross Translation:

From	To	Via
• Erscheinen	→ ankomst	↔ appearance — The act of appearing or coming into sight

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van Erscheinen

Remove Ads

Vertaal Erscheinen van Duits naar Zweeds

Uitgebreide vertaling voor Erscheinen (Duits) in het Zweeds

Erscheinen:

Erscheinen [das ~] zelfstandig naamwoord

Erscheinen (Erscheinung)

Erscheinen (Figur; Gestalt; Erscheinung; Wuchs; Statur)

Erscheinen (Erscheinungsform; Erscheinung; Erscheinungsbild)

Erscheinen (Statur; Figur; Erscheinungsform; Form; Erscheinung)

Vertaal Matrix voor Erscheinen:

Synoniemen voor "Erscheinen":

Wiktionary: Erscheinen

Verwante vertalingen van Erscheinen