Duits

Uitgebreide vertaling voor Ermutigung (Duits) in het Zweeds

Ermutigung:

Ermutigung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Ermutigung (Ermunterung; Anspornung; Zuspruch)
    uppmaning; uppmuntran
  2. die Ermutigung (Anregung; Stimulanz; Anreiz; )
    stimulerande; sporrning
  3. die Ermutigung (Ermunterung; Zuspruch)
    tröst; vederkvickelse; hugsvalelse
  4. die Ermutigung (Anregung; Anreiz; Ansporn; Stimulanz)
    uppmaning; uppvigling; tillskyndan; anstiftan

Vertaal Matrix voor Ermutigung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anstiftan Anregung; Anreiz; Ansporn; Ermutigung; Stimulanz
hugsvalelse Ermunterung; Ermutigung; Zuspruch
sporrning Anregung; Anreiz; Ansporn; Anstoß; Ermunterung; Ermutigung; Impuls; Reiz; Stimulanz; Triebkraft
stimulerande Anregung; Anreiz; Ansporn; Anstoß; Ermunterung; Ermutigung; Impuls; Reiz; Stimulanz; Triebkraft Reizen; Stimulansen
tillskyndan Anregung; Anreiz; Ansporn; Ermutigung; Stimulanz
tröst Ermunterung; Ermutigung; Zuspruch Trost; Tröstung; Vertröstung; Zusprüchen; trostungen
uppmaning Anregung; Anreiz; Ansporn; Anspornung; Ermunterung; Ermutigung; Stimulanz; Zuspruch
uppmuntran Anspornung; Ermunterung; Ermutigung; Zuspruch Anfeuern; Anregen; Ansporne; Anspornen; Anspornung; Antreiben; Antriebe; Stimulanzen; Stimulanzien
uppvigling Anregung; Anreiz; Ansporn; Ermutigung; Stimulanz
vederkvickelse Ermunterung; Ermutigung; Zuspruch
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stimulerande anregend; aufheiternd; aufmunternd; stimulierend

Synoniemen voor "Ermutigung":


Computer vertaling door derden: