Einteilung in het Zweeds vertaald uit het Duits

Remove Ads

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Einteilung:
- rangordning; turordning; klassificering; byggnad; konstruktion; omslag; omkastning
Wiktionary:
- Einteilung → indelning
- Einteilung → layout, arrangemang, struktur, indelning, disposition

Duits

Uitgebreide vertaling voor Einteilung (Duits) in het Zweeds

Einteilung:

Einteilung [die ~] zelfstandig naamwoord

die Einteilung (Anordnung; Aufstellung; Arrangement; Aufbau; Einrichtung; Ordnung; Eingliederung; Einreihung)
rangordning; turordning; klassificering
- rangordning [-en] zelfstandig naamwoord
- turordning [-en] zelfstandig naamwoord
- klassificering [-en] zelfstandig naamwoord
die Einteilung (Aufbau; System; Struktur; Zusammensetzung; Konstruktion; Aufstellung; Gestaltung; Ordnung; Anordnung; Rangordnung; Bau; Aufeinanderfolge)
byggnad; konstruktion
- byggnad [-en] zelfstandig naamwoord
- konstruktion [-en] zelfstandig naamwoord
die Einteilung (Auslese; Sortierung; Auswahl; Aussonderung)
omslag; omkastning
- omslag [-ett] zelfstandig naamwoord
- omkastning [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Einteilung:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
byggnad	Anordnung; Aufbau; Aufeinanderfolge; Aufstellung; Bau; Einteilung; Gestaltung; Konstruktion; Ordnung; Rangordnung; Struktur; System; Zusammensetzung	Anlegen; Anschlagen; Bau; Bausektor; Gebilde; Gebäude; Haus; Häuser; Schoß; Spielzeugblok
klassificering	Anordnung; Arrangement; Aufbau; Aufstellung; Eingliederung; Einreihung; Einrichtung; Einteilung; Ordnung	Bewertung; Klasseneinteilung; Klassifikation; Klassifizierung; Wertung
konstruktion	Anordnung; Aufbau; Aufeinanderfolge; Aufstellung; Bau; Einteilung; Gestaltung; Konstruktion; Ordnung; Rangordnung; Struktur; System; Zusammensetzung	Anlegen; Anschlagen; Aufbau; Bau; Bauart; Bausektor; Erbauung; Errichtung; Fertigung; Gerippe; Gerüst; Gestell; Herstellung; Komplex; Konstruktion; Rahmen; Struktur; Zusammensetzung; innere Aufbau
omkastning	Auslese; Aussonderung; Auswahl; Einteilung; Sortierung	Inversion; Umdrehung; Umstellung; Verschiebung
omslag	Auslese; Aussonderung; Auswahl; Einteilung; Sortierung	Albumbild; Aufmachung; Binde; Büchse; Dichtung; Dose; Emballage; Flugschreiber; Gefäß; Gehäuse; Hülse; Jacke; Joppe; Kapsel; Karton; Kasten; Liderung; Packung; Plattenüberzug; Schachtel; Schallplattentasche; Schlinge; Spreu; UmhÜllung; Umstellung; Verpackung; Verschiebung; kurze Jacke
rangordning	Anordnung; Arrangement; Aufbau; Aufstellung; Eingliederung; Einreihung; Einrichtung; Einteilung; Ordnung	Rangfolge; Rangordnung
turordning	Anordnung; Arrangement; Aufbau; Aufstellung; Eingliederung; Einreihung; Einrichtung; Einteilung; Ordnung

Synoniemen voor "Einteilung":

Einordnung; Kategorisierung; Klassifikation; Klassifizierung; Verortung
Anlage; Betriebsanlage; Errichtung

Wiktionary: Einteilung

Einteilung

noun

das einteilen von Dingen oder Menschen
- Einteilung → indelning

Cross Translation:

From	To	Via
• Einteilung	→ layout; arrangemang; struktur; indelning; disposition	↔ layout — structured arrangement of items

Remove Ads

Vertaal Einteilung van Duits naar Zweeds

Uitgebreide vertaling voor Einteilung (Duits) in het Zweeds

Einteilung:

Einteilung [die ~] zelfstandig naamwoord

die Einteilung (Anordnung; Aufstellung; Arrangement; Aufbau; Einrichtung; Ordnung; Eingliederung; Einreihung)

die Einteilung (Aufbau; System; Struktur; Zusammensetzung; Konstruktion; Aufstellung; Gestaltung; Ordnung; Anordnung; Rangordnung; Bau; Aufeinanderfolge)

die Einteilung (Auslese; Sortierung; Auswahl; Aussonderung)

Vertaal Matrix voor Einteilung:

Synoniemen voor "Einteilung":

Wiktionary: Einteilung