Dualismus in het Zweeds vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Dualismus:
- delning; klyfta; dikotomi; tvåstridig; otydlighet; tvetydighet; dualism
Wiktionary:
- Dualismus → dualism

Duits

Uitgebreide vertaling voor Dualismus (Duits) in het Zweeds

der Dualismus (Zweiheit)
delning; klyfta; dikotomi
- delning [-en] zelfstandig naamwoord
- klyfta [-en] zelfstandig naamwoord
- dikotomi [-en] zelfstandig naamwoord
der Dualismus (Zweiheit)
tvåstridig
- tvåstridig zelfstandig naamwoord
der Dualismus (Doppeldeutigkeit; Zwiespältigkeit; Schlüpfrigkeit; Doppelsinnigkeit; Zweideutigkeit; Doppelsinn)
otydlighet; tvetydighet
- otydlighet [-en] zelfstandig naamwoord
- tvetydighet [-en] zelfstandig naamwoord
der Dualismus (Zwiespältigkeit)
dualism
- dualism [-en] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
delning	Dualismus; Zweiheit	Hauptgruppe
dikotomi	Dualismus; Zweiheit
dualism	Dualismus; Zwiespältigkeit
klyfta	Dualismus; Zweiheit	Abgrund; Felsenschlucht; Felsspalt; Felsspalte; Schlucht; Spalt; Spalte
otydlighet	Doppeldeutigkeit; Doppelsinn; Doppelsinnigkeit; Dualismus; Schlüpfrigkeit; Zweideutigkeit; Zwiespältigkeit	Dunkelheit; Düsterheit; Finsternis; Undeutlichkeit
tvetydighet	Doppeldeutigkeit; Doppelsinn; Doppelsinnigkeit; Dualismus; Schlüpfrigkeit; Zweideutigkeit; Zwiespältigkeit
tvåstridig	Dualismus; Zweiheit
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
klyfta		abkoppeln; aus einander spleißen; loskoppeln; scheiden; spleißen; splissen; trennen
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
tvåstridig		zweiriemig; zweischneidig; zweisilbig

Dualismus

noun

Philosophie: die Annahme, dass alles auf nur zwei ursprüngliche, nicht auseinander herzuleitende Prinzipien gegründet sei
- Dualismus → dualism