Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Dienstbefehl:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Dienstbefehl (Duits) in het Zweeds

Dienstbefehl:

Dienstbefehl [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Dienstbefehl (Kommando)
    order; befallning

Vertaal Matrix voor Dienstbefehl:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
befallning Dienstbefehl; Kommando Anweisung; Auftrag; Befehl; Dienstliche Anweisungen; Erlaß; Gebot; Heeresbefehl; Instruktion; Kommando; Oberbefehl; Schreiben; Weisung; Zwangsbefehl; militärischer Befehl
order Dienstbefehl; Kommando Anweisung; Auftrag; Ausschüsse; Befehl; Bestellung; Bestellungen; Dienstbefehle; Dienstliche Anweisungen; Erlaß; Instruktion; Kommando; Lieferung; Weisung; Zustellung; Zwangsbefehl