Bezauberung in het Zweeds vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Bezauberung:
- attraktivitet; charm; tjusning; förtrollning; ljuvhet; utstrålning; hänförelse; exaltation; magi; trolleri

Duits

Uitgebreide vertaling voor Bezauberung (Duits) in het Zweeds

die Bezauberung (Anmut; Scharm; Reiz; Grazie; Zauber; Lieblichkeit; Liebreiz)
attraktivitet; charm; tjusning; förtrollning; ljuvhet
- attraktivitet [-en] zelfstandig naamwoord
- charm [-en] zelfstandig naamwoord
- tjusning [-en] zelfstandig naamwoord
- förtrollning [-en] zelfstandig naamwoord
- ljuvhet [-en] zelfstandig naamwoord
die Bezauberung (Reiz; Anmut; Charme; Zauber; Versuchung; Verführung)
charm; utstrålning
- charm [-en] zelfstandig naamwoord
- utstrålning [-en] zelfstandig naamwoord
die Bezauberung (Geistesverführung; Trance; Begeisterung; Verzückung; Verlockung; Entzückung; Verführung; Verleitung; Fröhlichkeit; Ekstase)
hänförelse; exaltation
- hänförelse [-en] zelfstandig naamwoord
- exaltation [-en] zelfstandig naamwoord
die Bezauberung (Zauberei; Magie; Hexerei; Zauberkunst)
magi; trolleri
- magi [-en] zelfstandig naamwoord
- trolleri [-ett] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
attraktivitet	Anmut; Bezauberung; Grazie; Lieblichkeit; Liebreiz; Reiz; Scharm; Zauber
charm	Anmut; Bezauberung; Charme; Grazie; Lieblichkeit; Liebreiz; Reiz; Scharm; Verführung; Versuchung; Zauber	Anmut; Betören; Liebenswürdigkeit; Liebreiz
exaltation	Begeisterung; Bezauberung; Ekstase; Entzückung; Fröhlichkeit; Geistesverführung; Trance; Verführung; Verleitung; Verlockung; Verzückung
förtrollning	Anmut; Bezauberung; Grazie; Lieblichkeit; Liebreiz; Reiz; Scharm; Zauber	Bann; Gaukelei; Hokuspokus; Magie; Zauber; Zauberei; Zauberformel; Zauberkunst; Zaubermittel; Zauberspruch; bezaubernder Einfluß
hänförelse	Begeisterung; Bezauberung; Ekstase; Entzückung; Fröhlichkeit; Geistesverführung; Trance; Verführung; Verleitung; Verlockung; Verzückung
ljuvhet	Anmut; Bezauberung; Grazie; Lieblichkeit; Liebreiz; Reiz; Scharm; Zauber
magi	Bezauberung; Hexerei; Magie; Zauberei; Zauberkunst	Gaukelei; Hexerei; Hokuspokus; Magie; Zauber; Zauberei; Zauberkunst; Zauberkünstler
tjusning	Anmut; Bezauberung; Grazie; Lieblichkeit; Liebreiz; Reiz; Scharm; Zauber
trolleri	Bezauberung; Hexerei; Magie; Zauberei; Zauberkunst	Hexerei; Hokuspokus; Magie; Zauber; Zauberei; Zauberkünstler
utstrålning	Anmut; Bezauberung; Charme; Reiz; Verführung; Versuchung; Zauber	Ausstrahlung; Charisma

Computer vertaling door derden:

Remove Ads