Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Beutel:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Beutel (Duits) in het Zweeds

Beutel:

Beutel [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Beutel
    ficka
    • ficka [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Beutel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ficka Beutel Hosentasche; Tasche

Synoniemen voor "Beutel":


Wiktionary: Beutel

Beutel
noun
  1. elastischer Behälter, in den man etwas hineinpacken kann

Cross Translation:
FromToVia
Beutel väska; påse; kasse; säck bag — flexible container
Beutel säck sack — bag for commodities or items