Bestimmung in het Zweeds vertaald uit het Duits

Remove Ads

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Bestimmung:
- destination; resmål; slutmål; överenskommelse; slutbestämmelse; statsfullmäktigebeslut; ordination; åläggande; föreskrift; preskription; recept; stadgande; determinering; determination; uttalande; disciplin; beslutsamhet; ordning
Wiktionary:
- Bestimmung → bestämningsord, bestämning, öde, bestämmelseort, syftemål, bestämmelse, beslutande, bestämmande
- Bestimmung → bestämmelse, uppgift, bestämmelseort, öde, levnadslopp

Duits

Uitgebreide vertaling voor Bestimmung (Duits) in het Zweeds

Bestimmung:

Bestimmung [die ~] zelfstandig naamwoord

die Bestimmung (Reisebestimmung; Ziel)
destination; resmål; slutmål
- destination [-en] zelfstandig naamwoord
- resmål [-ett] zelfstandig naamwoord
- slutmål zelfstandig naamwoord
die Bestimmung (Regelung; Vereinbarung; Abmachung; Regulierung; Regeln; Vergleich)
överenskommelse
- överenskommelse [-en] zelfstandig naamwoord
die Bestimmung (Entgültiges Ziel; Zielbahnhof)
slutbestämmelse
- slutbestämmelse zelfstandig naamwoord
die Bestimmung (Ratsbeschluß; Beschluß; Anordnung; Verfügung; Regierungsbeschluß; Ratschluß; Erlaß; Verordnung)
statsfullmäktigebeslut
- statsfullmäktigebeslut zelfstandig naamwoord
die Bestimmung (Vorschrift; Gesetz; Reglement; Regelung; Richtlinie; Ordnung; Verordnung; Gebot; Verfügung; Satzung; Statut; Anordnung; Dienstordnung)
ordination; åläggande; föreskrift; preskription; recept; stadgande
- ordination [-en] zelfstandig naamwoord
- åläggande [-en] zelfstandig naamwoord
- föreskrift [-en] zelfstandig naamwoord
- preskription [-en] zelfstandig naamwoord
- recept [-ett] zelfstandig naamwoord
- stadgande zelfstandig naamwoord
die Bestimmung (Anordnung; Verordnung)
determinering; determination
- determinering zelfstandig naamwoord
- determination [-en] zelfstandig naamwoord
die Bestimmung (Anordnung; Verordnung; Setzung; Satzung; Regel)
uttalande
- uttalande [-ett] zelfstandig naamwoord
die Bestimmung (Zucht; Ordnung; Disziplin; Anordnung; Vorschrift; Fügung; Verordnung; Regel; Unterwerfung; Verfügung)
disciplin; beslutsamhet; ordning
- disciplin [-en] zelfstandig naamwoord
- beslutsamhet [-en] zelfstandig naamwoord
- ordning [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Bestimmung:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
beslutsamhet	Anordnung; Bestimmung; Disziplin; Fügung; Ordnung; Regel; Unterwerfung; Verfügung; Verordnung; Vorschrift; Zucht	Bestimmtheit; Entschiedenheit; Entschlossenheit; Herzhaftigkeit; Schneidigkeit; Sicherheit; Tapferkeit
destination	Bestimmung; Reisebestimmung; Ziel
determination	Anordnung; Bestimmung; Verordnung
determinering	Anordnung; Bestimmung; Verordnung
disciplin	Anordnung; Bestimmung; Disziplin; Fügung; Ordnung; Regel; Unterwerfung; Verfügung; Verordnung; Vorschrift; Zucht
föreskrift	Anordnung; Bestimmung; Dienstordnung; Gebot; Gesetz; Ordnung; Regelung; Reglement; Richtlinie; Satzung; Statut; Verfügung; Verordnung; Vorschrift	Anordnung; Anweisung; Dienstordnung; Fügung; Instruktion; Kompaß; Ordnung; Regelung; Reglementierung; Regulierung; Richtlinie; Spielregel; offizielle Verordnung
ordination	Anordnung; Bestimmung; Dienstordnung; Gebot; Gesetz; Ordnung; Regelung; Reglement; Richtlinie; Satzung; Statut; Verfügung; Verordnung; Vorschrift	Einweihung; Initiatie
ordning	Anordnung; Bestimmung; Disziplin; Fügung; Ordnung; Regel; Unterwerfung; Verfügung; Verordnung; Vorschrift; Zucht	Anstand; Anständigkeit; Artigkeit; Aufeinanderfolge; Fleckenlosigkeit; Höflichkeit; Ordentlichkeit; Ordnung; Reihe; Reihenfolge; Reinheit; Schicklichkeit; Sittlichkeit; Sittsamkeit; System; Unschuld
preskription	Anordnung; Bestimmung; Dienstordnung; Gebot; Gesetz; Ordnung; Regelung; Reglement; Richtlinie; Satzung; Statut; Verfügung; Verordnung; Vorschrift
recept	Anordnung; Bestimmung; Dienstordnung; Gebot; Gesetz; Ordnung; Regelung; Reglement; Richtlinie; Satzung; Statut; Verfügung; Verordnung; Vorschrift	Kassenbons; Rezept; Scheine
resmål	Bestimmung; Reisebestimmung; Ziel
slutbestämmelse	Bestimmung; Entgültiges Ziel; Zielbahnhof
slutmål	Bestimmung; Reisebestimmung; Ziel
stadgande	Anordnung; Bestimmung; Dienstordnung; Gebot; Gesetz; Ordnung; Regelung; Reglement; Richtlinie; Satzung; Statut; Verfügung; Verordnung; Vorschrift
statsfullmäktigebeslut	Anordnung; Beschluß; Bestimmung; Erlaß; Ratsbeschluß; Ratschluß; Regierungsbeschluß; Verfügung; Verordnung
uttalande	Anordnung; Bestimmung; Regel; Satzung; Setzung; Verordnung	Antwort; Auflösung; Ergebnis; Lösung; Meinungsäußerung; Äußerung
åläggande	Anordnung; Bestimmung; Dienstordnung; Gebot; Gesetz; Ordnung; Regelung; Reglement; Richtlinie; Satzung; Statut; Verfügung; Verordnung; Vorschrift
överenskommelse	Abmachung; Bestimmung; Regeln; Regelung; Regulierung; Vereinbarung; Vergleich	Abkommen; Abmachung; Bindung; Bund; Bündnis; Dankbezeichnung; Dankesbezeigung; Danksagung; Einigung; Einvernehmen; Gebundenheit; Genossenschaft; Kompromiß; Korporation; Körperschaft; Liga; Pakt; Verband; Verbindung; Vereinbarung; Verfügung; Vergleich; Vertrag; Übereinstimmung

Synoniemen voor "Bestimmung":

Klausel; Regelung
Determiniertheit; Festsetzung
Abgrenzung; Begriffsbestimmung; Begriffserklärung; Begriffsklärung; Definition; Eingrenzung; Erklärung; Spezifizierung
Karma; Schicksal

Wiktionary: Bestimmung

Bestimmung

noun

Grammatik: Satzteil, der einen Umstand angibt
- Bestimmung → bestämningsord; bestämning
wissenschaftliche Ermittlung, zum Beispiel von Pflanzen, von chemischen Zusammensetzungen etc
- Bestimmung → bestämning
ohne Plural: das, was schon vorbestimmt ist; Schicksal, Berufung
- Bestimmung → öde
Zielort eines Reisenden oder einer Warensendung
- Bestimmung → bestämmelseort
ohne Plural: Verwendungszweck
- Bestimmung → syftemål
Anordnung, Vorschrift
- Bestimmung → bestämmelse
ohne Plural: der Vorgang des bestimmen
- Bestimmung → beslutande; bestämmande

Cross Translation:

From	To	Via
• Bestimmung	→ bestämmelse; uppgift; bestämmelseort	↔ destination — emploi auquel une personne ou une chose devoir affecter ou usage qu’on en peut faire.
• Bestimmung	→ öde; levnadslopp	↔ destinée — destin particulier d’une personne ou d’une chose.

Remove Ads

Vertaal Bestimmung van Duits naar Zweeds

Uitgebreide vertaling voor Bestimmung (Duits) in het Zweeds

Bestimmung:

Bestimmung [die ~] zelfstandig naamwoord

die Bestimmung (Reisebestimmung; Ziel)

die Bestimmung (Regelung; Vereinbarung; Abmachung; Regulierung; Regeln; Vergleich)

die Bestimmung (Entgültiges Ziel; Zielbahnhof)

die Bestimmung (Ratsbeschluß; Beschluß; Anordnung; Verfügung; Regierungsbeschluß; Ratschluß; Erlaß; Verordnung)

die Bestimmung (Vorschrift; Gesetz; Reglement; Regelung; Richtlinie; Ordnung; Verordnung; Gebot; Verfügung; Satzung; Statut; Anordnung; Dienstordnung)

die Bestimmung (Anordnung; Verordnung)

die Bestimmung (Anordnung; Verordnung; Setzung; Satzung; Regel)

die Bestimmung (Zucht; Ordnung; Disziplin; Anordnung; Vorschrift; Fügung; Verordnung; Regel; Unterwerfung; Verfügung)

Vertaal Matrix voor Bestimmung:

Synoniemen voor "Bestimmung":

Wiktionary: Bestimmung